De vorige keer schreef ik nog over sporen in de sneeuw, nu zijn de temperaturen alweer zoveel hoger dat de vogels al het hoogste lied beginnen te zingen. Als je goed luistert hoor je dat ze hun voorjaarswijsjes aan het oefenen zijn en dat dat nog niet altijd gaat zoals dat moet.
De vink fluit normaal zijn bekende ‘vinkeslag’. Ik heb hem ooit geleerd te onthouden door het volgende zinnetje mee te zeggen; ‘wie wie wie heeft er meer geld dan ik, Piet of Marie?’ En daarbij is ‘Piet of Marie’ de vinkeslag. Een snelle afwisseling van hoge en lage tonen.
De vinken die afgelopen jaar zijn geboren gaan nu hun eerste seizoen in en willen meedoen met de oudere vogels in het afbaken en van hun territorium en natuurlijk het verleiden van de vrouwtjes. Aan de vinkeslag hoor je dat ze nog onwennig zijn. Het is net of ze hun keel moeten schrapen na een lange winter en nog moeten oefenen om de vinkeslag er in te krijgen. De een komt niet verder dan ‘wie wie wie heeft er meer geld?’ en de ander klinkt gewoonweg schor.
Al met al het is ’s morgens een kakofonie van vogelgeluiden, of de zon nu schijnt of niet. Ze hebben er zin in, de vogels. Het kan nu niet lang duren of de knoppen gaan ook schuiven. Zo noem je het wanneer de knoppen van bomen en struiken langzaam beginnen te groeien en het frisse groen tevoorschijn komt.
Ik heb in elk geval al wel de bloeiende hazelaars gezien! Deze tweehuizige boomvormige struik heeft twee soorten bloemen. De mannelijke lange katjes, ook wel snottebellen genoemd, waar het stuifmeel af komt. De vrouwelijke bloemen zijn heel klein en hebben felrode pluimpjes. Hier komen later de hazelnoten aan.
Zodra de temperatuur omhoog gaat, maar ook omdat er gewoon weer meer licht is, komt de wereld tot leven. Specialisten zijn de bolgewasjes als sneeuwklokjes die profiteren van het eerste licht als er nog geen blad aan de bomen zit. Over enige tijd zien we ook de bosanemonen komen die zelfs meedraaien met de zon. Daarom worden ze in de Achterhoek ook wel ‘umkiekertjes’ genoemd.
Lekker weer naar buiten zonder jas, ik kijk er naar uit, heerlijk die lente kriebels!
Boswachter Jaël Bergwerff